Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

The potential use of N-octanoyl-dopamine (NOD) in organ transplantation

In vitro and in vivo studies on the immunomodulatory and cytoprotective effects of NOD
Promotie:Dhr. J. (Johannes) Wedel
Wanneer:12 januari 2015
Aanvang:14:30
Promotors:prof. dr. J.L. (Jan-Luuk) Hillebrands, prof. dr. B. Yard
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
The potential use of N-octanoyl-dopamine (NOD) in organ
transplantation

N-octanyol dopamine kan mogelijk uitkomsten na transplantatie verbeteren

Het medicijn N-octanyol dopamine (NOD) kan misschien helpen voorkomen dat het lichaam van de ontvanger een donororgaan afstoot. Johannes Wedel constateert dat het middel in preklinisch onderzoek goede resultaten laat zien. Als deze resultaten in de klinische praktijk bevestigd worden, zou dat betekenen dat het aantal mogelijk geschikte donororganen toeneemt.

Voor mensen met ernstige hart- of nierklachten is een transplantatie vaak nog de enige behandelmogelijkheid. Door het tekort aan gezonde donoren worden er ook organen gebruikt van zogenaamde ‘uitgebreide criteria-donoren’ (UCD) – mensen die soms zelf tijdens hun leven al ziek waren of die om een andere reden eerst niet geschikt werden geacht als donor. In vergelijking met ‘gewone’ donororganen worden UCD-organen vaker afgestoten en gaan ze minder lang mee. Daarom zoeken wetenschappers naar manieren om te zorgen dat deze donororganen minder schade oplopen, zowel voor, tijdens als na transplantatie.

Wedel concludeert dat NOD, een afgeleide van dopamine, in proefdieronderzoek goede resultaten laat zien. Hij vergeleek hiervoor beide middelen en stelt vast dat NOD meer bescherming biedt tegen ontstekingsprocessen dan dopamine. De betere bescherming van NOD kan daarnaast verklaard worden doordat NOD hypo-metabolisme veroorzaakt. De energiebehoefte van cellen neemt hierdoor af waardoor deze beter beschermd zijn tegen condities met energieschaarste zoals tijdens het bewaren van donororganen.

Johannes Wedel (1986) studeerde Geneeskunde aan de Universiteit van Heidelberg. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek binnen het onderzoeksinstituut GUIDE van het Universitair Medisch Centrum Groningen, en de Medische Faculteit Mannheim, Duitsland. Het onderzoek werd bekostigd door  de International Research Training Group GRK 880/3 “Vascular Medicine” en de UMCG Graduate School of Medical Sciences. Wedel werkt als onderzoeker in het Boston Children’s Hospital, Harvard Medical School (Verenigde Staten).