Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

The role of multinational enterprises in the transition process of Central and Eastern European economies

Promotie:Dhr. P.K. (Philipp) Marek
Wanneer:28 mei 2015
Aanvang:16:15
Promotor:prof. dr. S. (Sjoerd) Beugelsdijk
Copromotor:dr. B. Jindra
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Economie en Bedrijfskunde
The role of multinational enterprises in the transition process of
Central and Eastern European economies

Cruciale rol voor multinationals bij herinrichting economisch systeem Centraal en Oost-Europa

Globalisering en de liberalisering van handel en kapitaalstromen hebben grote economische gevolgen. Deze gevolgen zijn buitengewoon groot in Centraal en Oost-Europa, waar het economisch systeem na de val van de Muur opnieuw ingericht diende te worden. Philipp Marek onderzocht de rol van multinationals bij die economische veranderingen.

Bij aanvang van deze transitie van een planeconomie naar een markteconomie werden deze landen gedomineerd door een grote publieke sector, een relatief hoog opleidingsniveau van de bevolking, technologische stagnatie, een gebrek aan ondernemerschap, en een verschrompeld investeringsniveau. Buitenlandse ondernemingen speelden een geringe rol. Het proces van institutionele verandering, structurele economische transformatie en privatisering heeft zich in de verschillende landen van Centraal en Oost-Europa op verschillende manieren ontwikkeld. De voormalige satellietstaten hebben een relatief snelle economische transformatie doorlopen en zijn lid geworden van de Europese Unie. De landen die lid waren van de ‘Commonwealth of Independent States’ (CIS) hadden daarentegen grote problemen met de transformatie naar een moderne markteconomie. Vanwege het gebrek aan kapitaal en relevante kennis hebben buitenlandse investeringen een cruciale rol gespeeld bij het transformatieproces in Centraal en Oost-Europa.

Hij onderzocht de locatiekeuze van multinationals in Centraal en Oost-Europa en hield daarbij rekening met de verschillende transitiepaden die deze landen hebben doorlopen. Marek concludeert dat buitenlandse investeringsbeslissingen deels padafhankelijk zijn, gedreven door agglomeratievoordelen en toegang tot inputs die slechts lokaal aanwezig zijn, zoals natuurlijke hulpbronnen of een goed opgeleide bevolking. Buitenlandse investeringen worden dus niet gedomineerd door multinationals op zoek naar de goedkoopste locaties in deze landen. Buitenlandse ondernemingen versterken op die manier de bestaande concentratie van economische activiteit.

Marek analyseerde tevens  de invloed van buitenlandse investeringen op de economie van het land waarin geïnvesteerd wordt. Buitenlandse investeringen versterken de concurrentiepositie van lokale bedrijven. Deze zogenaamde spillover-effecten hangen af van de mate waarin de buitenlandse onderneming in de lokale economie is ingebed middels input-output-relaties, de transfer van technologie en de mate waarin lokale bedrijven over de vaardigheden beschikken om deze kennis te absorberen. De grootste spillover-effecten vanuit buitenlandse dienstverleners bestaan voor kleine lokale ‘manufacturing’-bedrijven aan het einde van de waardeketen, met een beperkte productiviteit.

Ten slotte is het belangrijk op te merken dat de mate van kennistransfer van buitenlandse bedrijven naar lokale ondernemingen samenhangt met de mate waarin de buitenlandse onderneming is geïntegreerd in wereldwijde productienetwerken, en veel minder met de mate waarin buitenlandse ondernemingen lokaal producten of diensten afnemen.

Philipp Marek studeerde Economie. Hij verrichtte zijn onderzoek bij het programma Global Economics and Management van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde. Het onderzoek werd gefinancierd door het Halle Institute for Economic Research.