Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Organisatie Actueel Promoties & Oraties GMW

Self-esteem in depression and anxiety: low, unstable, and discrepant?

Promotie:L.A. (Lonneke) van Tuijl
Wanneer:18 mei 2017
Aanvang:11:00
Promotors:prof. dr. P.J. (Peter) de Jong, prof. dr. C.L.H. Bockting
Copromotor:dr. K.A. (Klaske) Glashouwer
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Gedrags- en Maatschappijwetenschappen
Self-esteem in depression and anxiety: low, unstable, and
discrepant?

Lage eigenwaarde als risicofactor voor het ontwikkelen van depressie en angststoornissen bestudeerd

Lonneke van Tuijl onderzocht de rol van eigenwaarde bij depressie en angststoornissen. Eigenwaarde is gemeten met een vragenlijst om de bewuste zelfbeoordeling vast te stellen (expliciete eigenwaarde; EE) en met een reactie-tijd-taak om de automatische zelf-evaluaties (impliciete eigenwaarde; IE) in kaart te brengen. Longitudinaal onderzoek onder adolescenten liet zien dat lage EE tijdens de eerste meting voorspellend was voor relatief intense symptomen van depressie en sociale angst twee jaar later. De sterkte van symptomen tijdens de voormeting bleken echter niet samen te hangen met lage EE tijdens de nameting. Bij elkaar suggereren deze gegevens dat EE wel een risicofactor kan zijn voor het ontwikkelen van klachten maar niet omgekeerd dat (subklinische) klachten ook leiden tot een lage EE.

Een vervolgstudie onder patiënten liet zien dat (ook) volwassenen met een depressie en/of angststoornis zich kenmerken door verlaagde EE. Alleen degenen met zowel een depressie als een angststoornis lieten ook een verlaagd IE zien, wat suggereert dat alleen een relatief chronisch beloop van relatief ernstige klachten ook leidt tot automatische negatieve zelf-evaluaties (IE). In overeenstemming met het idee dat een klinische stoornis kan leiden tot een meer blijvende lage eigenwaarde (als soort “litteken”), lieten ook degenen die hersteld waren van een depressie nog steeds een verlaagde EE zien. Een belangrijke vervolgstap zou zijn om te testen of zo’n “litteken” ook prognostische waarde heeft voor een terugval van depressie en/of angststoornissen. Daarnaast zou het belangrijk zijn om te testen of het versterken van EE de ontwikkeling van depressie en angst kan helpen voorkomen.

Lonneke van Tuijl verrichtte haar onderzoek bij afdeling Klinische Psychologie van de Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen en gaat verder als postdoc-onderzoeker bij King's College in London.