Modulation of the TRAIL apoptotic pathway to optimize chemoradiation in preclinical models of cervical cancer

Promotie: mw. S. Tan, 11.00 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Proefschrift: Modulation of the TRAIL apoptotic pathway to optimize chemoradiation in preclinical models of cervical cancer

Promotor(s): prof.dr. S. de Jong, prof.dr. E.G.E. de Vries, prof.dr. A.G.J. van der Zee

Faculteit: Medische Wetenschappen

Wellicht nieuw aangrijpingspunt voor behandeling baarmoederhalskanker

Baarmoederhalskanker is wereldwijd de vijfde meest voorkomende tumor bij vrouwen. Ter behandeling is vaak een combinatie van chemotherapie en bestraling nodig. Hiermee wordt een overleving van 66-79% 5 jaar na behandeling behaald. Hogere doses chemotherapie of bestraling zijn niet verantwoord; de bijwerkingen zijn te ernstig. Daarom wordt onderzoek gedaan naar nieuwe vormen van doelgerichte therapie die de tumor op een andere, effectievere manier bestrijden.

Promovenda Shinta Tan verrichtte onderzoek hiernaar. In haar proefschrift legt ze de nadruk op de potentie van op death receptor 4 (DR4) of 5 (DR5) gerichte liganden of antilichamen, zoals de recombinant human tumor necrosis factor-related apoptosis inducing ligand (rhTRAIL), in combinatie met andere medicijnen. Ze concludeert dat het specifiek richten op de DR4- en DR5-gemedieerde routes het effect van de behandeling wellicht kan vergroten. Toevoeging van een proteasoomremmer zou de behandeling verder kunnen verbeteren. Voorts stelt de promovenda vast dat voor tumoren die gevoelig zijn voor DR4-gemedieerde apoptose specifiek mapatumumab, en voor tumoren gevoelig voor DR5-gemedieerde apoptose DR5-selectieve rhTRAIL beter zouden werken dan wild-type rhTRAIL.

Een nieuwe, betere behandeling van baarmoederhalskanker is hiermee nog niet veel dichterbij gekomen, maar het lijkt zeker zinvol het ingeslagen onderzoekspad verder te volgen, zo concludeert de promovenda.

Shinta Tan (Indonesië, 1979) studeerde geneeskunde te Utrecht. Zij verrichtte haar promotieonderzoek bij de afdeling Medische Oncologie en Gynaecologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Het onderzoek werd mede gefinancierd door KWF Kankerbestrijding. Tan werkt sinds 2009 als arts-assistent in opleiding tot specialist bij de afdeling Pathologie, UMCG.