Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Nieuws Worldwide Newsletter

Voor een socialere toegang tot onderbeenprotheses

Na haar master Internationale Betrekkingen en Internationale Organisaties werd Merel Rumping bij nader inzien geen diplomaat, maar sociaal ondernemer. ’Om iets te doen aan het onrecht in de wereld.’ De RUG verkoos haar tot Alumnus van het Jaar 2016. Rumping krijgt haar prijs uitgereikt tijdens de Opening van het Academisch jaar, op 4 september.

Soms moest Merel Rumping twee uur op een scooter door de straten van Medellín rijden om bij haar klanten te komen. Het was 2006. Ze werkte in Colombia bij de microkredietbank La Corporación Mundial de la Mujer en ging persoonlijk langs bij de mensen die een lening wilden hebben. Daarvoor moest ze meestal naar de buitenwijken van de miljoenenstad in het noordwesten van Colombia.

Ze herinnert zich een vrouw die geld verdiende met het verkopen van kinderonderbroekjes. Haar man knipte de stof, zij naaide. Maar toen ging de naaimachine stuk. Vanaf dat moment moest het echtpaar leven op een dieet van sinaasappels van een eigen sinaasappelboom en de eieren van de kippen die ze hadden. Ze kwamen bijna om van de honger. Dankzij de lening konden ze een nieuwe naaimachine krijgen.

Merel Rumping
Merel Rumping

Sociale ondernemingen

Inmiddels is het elf jaar later. Die wereld van het microkrediet ligt nu ver achter Merel Rumping, maar Colombia is geestelijk nog altijd nabij. Ze zit aan een Nederlands terrastafeltje, op een voorzomerse dinsdag, terwijl de zaadpluizen van de bomen door de lucht zweven. Voor haar staan een cappuccinokopje en een glaasje water, die ze straks al schuivend zal gebruiken om het bedrijfsmodel van haar sociale onderneming uit te beelden. Die onderneming is LegBank.

In 2008 was Rumping naar Groningen gekomen om de universitaire master Internationale Betrekkingen en Internationale Organisaties (IBIO) te doen. Die studie leek de ideale springplank voor een later leven als diplomaat. Maar tijdens haar stage bij de Nederlandse ambassade in Marokko besefte ze dat dit niet de juiste wereld was voor haar: als diplomaat zou ze op te grote afstand van de mensen die ze wilde helpen staan. Die afstand was er niet geweest tijdens haar werk bij de microkredietbank in Colombia. Na haar afstuderen bij de RUG besloot ze daarom in dienst te treden bij ProPortion, een organisatie in Amsterdam die sociale ondernemingen opzet in ‘opkomende economieën’.

LegBank

Onder de vleugels van ProPortion begon Rumping vanaf 2014 aan LegBank, haar eigen sociale onderneming. Tijdens haar jaren in Medellín had ze namelijk gezien dat veel Colombianen een geamputeerd been hebben, onder meer als gevolg van het grote aantal landmijnen door het decennialange conflict tussen linkse guerilla’s, rechtse paramilitairen en de regering. Met LegBank wil ze zorgen dat gehandicapten in ontwikkelingslanden gemakkelijk toegang krijgen tot een goede prothese, te beginnen in Colombia.

‘Met studenten van TU Delft ben ik in Colombia gaan kijken wat de problemen zijn waar mensen die een prothese nodig hebben tegenaan lopen’, vertelt ze. ‘Enerzijds, op systeemniveau, bleek dat de afstand: de orthopedische centra zijn vooral in de stad, waardoor mensen ver moeten reizen en niet precies weten waar ze naar toe moeten. Anderzijds, op productniveau, merkten we dat veel mensen wel een prothese hadden, maar die onder hun bed hadden gelegd omdat die pijn deed. Je kunt een voet van wel 30.000 euro hebben, maar als de koker, die de prothese met de stomp verbindt),niet goed aansluit, dan loop je alsnog met pijn.’

Uitvinding

Cruciaal voor LegBank was een uitvinding van Arjan Buis, een Nederlandse onderzoeker aan de Strathclyde University in Glasgow. Buis had ooit een medisch apparaat bedacht, de Majicast, waarmee met behulp van waterdruk makkelijk en snel een gipsen mal gemaakt kan worden die zich naadloos vormt naar iemands geamputeerde ledemaat. Die mal wordt daarna gebruikt om een nauw op de stomp aansluitende koker te maken, waardoor de prothese comfortabel te dragen is.

Enig probleem was dat het apparaat van Arjan Buis niet zomaar grootschalig te gebruiken was. Een Nederlands designbureau moest er nog eindeloos mee testen en aan sleutelen, samen met prothesemakers en onderzoekers van Strathclyde. Rumping: ‘Ik ben geen engineer, dus ik dacht op een gegeven moment: zijn we nóg niet klaar?, moeten we wéér opnieuw gaan testen? Het klinkt misschien eenvoudig: een gesloten watertank, met een membraan erin. Maar het is een heel ingewikkeld product. Een van de onderdelen is dan ook niet voor niets gepatenteerd.’

Hoofdkantoor Google

Na ruim een jaar begon de financiële situatie nijpend te worden. ‘Ik was al anderhalf jaar bezig en had nog geen fondsen gevonden. Ik had wel wat kleine potjes, maar niet genoeg om alles draaiende te houden. Maar toen ineens’ – Rumping knipt met haar vingers – ‘kwam Google als oplossing.’ Het was begin 2016 toen het Californische internetbedrijf een miljoen dollar in LegBank investeerde. Dat gebeurde niet met een vingerknip, maar pas na een uitvoerig aanvraagproces: na talloze proposals en meerdere skypesessies met het hoofdkantoor van Google in San Francisco. De investering was de redding van haar project.

En nu kan er met het cappuccinokopje en het glaasje water over het terrastafeltje geschoven worden. Rumping illustreert het bedrijfsmodel dat op dit moment in Colombia wordt uitgeprobeerd: ‘Dus je hebt hier een groot, full fledged orthopedisch centrum (ze pakt het cappuccinokopje). Alles is daar aanwezig: je hebt de juiste middelen om protheses te maken, je hebt opgeleide mensen. Dan heb je hier (ze schuift het glaasje water) een klein centrumpje, waar iemand protheses maakt met minder middelen. Diegene kan dan met de Majicast werken, is ons plan: hij doet gips om iemands stomp, die persoon gaat in het apparaat staan, ze wachten vijf minuutjes, en dan hebben ze een mal. Die mal kunnen ze met de post opsturen naar het grote orthopedische centrum, waar ze er een prothese van maken. Die wordt vervolgens toegestuurd. Dat is eigenlijk het doel van LegBank: hoe decentraliseer je orthopedische zorg?’ In het bedrijfsmodel van LegBank kunnen prothesemakers de Majicast kopen op afbetaling, evenals de gehandicapten hun protheses.

Orthopedisch congres

Op dit moment wordt alles voorbereid om die Majicast fabrieksmatig te produceren. Tien exemplaren zijn voorbesteld. De planning is om in oktober vijf naar Colombia te sturen. Gaat daar alles goed, dan kan de LegBank uitgerold worden naar andere landen. Begin mei was Rumping op een orthopedisch congres in Kaapstad, Zuid-Afrika, waar ze in gesprek kwam met specialisten uit Kenia. Ook denkt ze aan Zuid-Afrika en India als mogelijke markten. ‘India is een land waar enorm veel diabetes is’, vertelt ze. ‘Diabetes is wereldwijd de belangrijkste oorzaak van onderbeenamputatie.’

Overigens wil Merel Rumping niet alle eer voor LegBank krijgen. Ze is weliswaar marketeer, projectmanager, uitvoerder en fondsenwerver ineen, maar het team bestaat nadrukkelijk ook uit onderzoekers van de Strathclyde University, prothesemakers van orthopedisch centrum Hoogstraat in Utrecht en collega’s bij ProPortion.

Dromerig

Zelf groeide ze op in Heemskerk in Noord-Holland. ‘Ik kom uit een sociaal nest’, vertelt ze. ‘Mijn moeder is verpleegkundige en mijn vader werkt met moeilijk lerende kinderen.’ Ze koos voor de opleiding European Studies in Amsterdam, maar al na een paar maanden vloog ze als twintigjarige naar Colombia om daar in een opvangtehuis in Medellín vrijwilligerswerk te doen, met straatkinderen.

Dat begon wat dromerig: ze wilde graag Spaans leren, en ze kende toevallig iemand in Colombia bij wie ze kon logeren. Maar ze kwam er terecht in een rauw universum. ‘Je ziet kinderen die in de prostitutie werken. Ik kende een meisje van elf, dat ik op straat onder een dekentje vandaan had getrokken. Zij prostitueerde zich om geld bij elkaar te krijgen voor haar broertje van zeven, Sebastiaan. Die liep in zijn onderbroekje rond, met een flesje lijm, en was continu high. Het was echt een heel harde wereld. Ik heb ook veel gelachen met die kids, maar ik denk dat die tijd me erg gevormd heeft. Je ziet hoe heftig de wereld is. Dat heb je niet door als je uit een dorpje komt: ik fietste in Nederland tussen de weilanden door naar school, kwam weer thuis en ging naar dansles. En ineens sta je met beide benen in de echte wereld en zie je wat voor onrecht er is. Dat heeft mij geprikkeld om tijdens mijn leven daar iets aan te doen.’

‘Sowieso heeft, achteraf gezien, die tijd mij geholpen een netwerk in Colombia op te bouwen. Ik kende er mensen die me later konden helpen om bij artsen, zorgverzekeraars en de overheid aan te schuiven. Het is precies tien jaar geleden dat ik er woonde. Het is gek om er terug te komen, nu in een heel andere wereld. Ik bedoel: ik ging daar in die tijd altijd met jongeren om die allemaal een beetje stonken, en vaak luizen hadden. Nu zit ik er bij de overheid aan tafel. Heel maf.’

BIOGRAFIE Merel Rumping

Merel Rumping (1984) studeerde politicologie in Toulouse, behaalde haar bachelor European Studies aan de Universiteit van Amsterdam en studeerde in 2010 aan de RUG af met de master Internationale Betrekkingen en Internationale Organisaties. Specialisatie: bedrijfsethiek. Haar eindscriptie ging over het gewelddadige conflict rond de coltanmijnen in Oost-Congo en de morele betrokkenheid van het bedrijfsleven daarbij. Coltan is een belangrijke grondstof van mobiele telefoons en spelcomputers. Na haar studie in Groningen werkte ze bij de Nederlandse ambassade in Marokko, bij Max Havelaar en de Royal Bank of Scotland. Vanaf 2011 werkt ze bij ProPortion, waar ze in 2014 de sociale onderneming LegBank startte. ‘Sociaal ondernemen’ definieert ze als ‘ondernemerschap dat tot doel heeft oplossingen te vinden voor maatschappelijke problemen’.

Tekst: Jurgen Tiekstra
Foto: Reyer Boxem
Bron: Broerstraat 5, het alumni magazine van de Rijksuniversiteit Groningen


Laatst gewijzigd:19 maart 2020 10:21
View this page in: English