Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Multiple aspects of plasma cell dyscrasia

Promotie:Mw. E.G.M. (Esther) de Waal
Wanneer:25 april 2018
Aanvang:14:30
Promotors:prof. dr. E. (Edo) Vellenga, prof. dr. R.H.J.A. (Riemer) Slart
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Multiple aspects of plasma cell dyscrasia

Nucleaire beeldvorming belangrijk bij diagnose Multipel Myeloom

Nucleaire beeldvorming, of meer precies de nucleaire tracer 18F-FDG-PET, lijkt van grote waarde te zijn bij het vaststellen van de kwaadaardige bloedziekte Multipel Myeloom – ook wel ‘de ziekte van Kahler’ genoemd. Dat concludeert internist-hematoloog Esther de Waal op basis van haar promotieonderzoek. Nucleaire beeldvorming is volgens haar niet alleen van belang bij het opsporen van de ziekte, maar kan in de toekomst waarschijnlijk ook helpen bij het uitstippelen, meten en beoordelen van de (na)behandeling.

Bij patiënten met de kwaadaardige bloedziekte Multipel Myeloom (MM) gaat er iets mis met de plasmacel die zich normaliter in het beenmerg bevindt en die nauw betrokken is bij de productie van immuunglobulines. Patiënten hebben regelmatig last van erge pijn in de botten, waarbij botten in het slechtste geval ook kunnen breken. De Waal laat in haar proefschrift zien dat er verschillende methoden zijn om deze botaantasting aan te tonen. Vooral nucleaire beeldvorming met een 18F-FDG-PET scan, waarmee biologische eigenschappen van de plasmacel kunnen worden bestudeerd, blijkt van belang te zijn bij patiënten bij wie de ziekte na een behandeling terugkeert.

De afgelopen jaren zijn er grote stappen gezet in de behandeling van patiënten met het Multipel Myeloom. Het onderzoek van De Waal laat zien dat het langer doorbehandelen van patiënten met bortezomib, de zogenaamde onderhoudsbehandeling, kan helpen om opnieuw actief worden van de ziekte uit te stellen. Een complicatie van de ziekte en de behandeling is trombose. In de praktijk komt dat zeer frequent voor, zo blijkt uit de gegevens van patiënten in Noord-Nederland. Volgens De Waal moeten er krachtiger maatregelen genomen worden om trombose te voorkomen.

Tot slot kan de ziekte zich presenteren op één plek in het lichaam zonder ziekte elders, het zogenaamde plasmacytoom. De Waal beschrijft de behandelresultaten van patiënten uit Noord-Nederland met deze aandoening. Zij geeft aan dat een grote groep patiënten uiteindelijk toch MM ontwikkelen. Deze gegevens doen vermoeden dat naast de plaatselijke behandeling van de ziekte middels radiotherapie een aanvullende systemische behandeling van toegevoegde waarde kan zijn.

Esther de Waal (1977) werkt als internist-hematoloog in het Medisch Centrum Leeuwarden. Zij verrichte haar onderzoek binnen de afdeling Hematologie en onderzoeksinstituut CRCG van het Universitair Medisch Centrum Groningen. De titel van haar proefschrift is: “Multiple aspects of plasma cell dyscrasia”.