Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Insight into light

The influence of luminance on visual functioning in glaucoma
Promotie:Dhr. R.A.J.M. (Ronald) Bierings
Wanneer:05 september 2018
Aanvang:14:30
Promotors:prof. dr. N.M. (Nomdo) Jansonius, prof. dr. F.W. (Frans) Cornelissen
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Insight into light

Oogziekten eerder opsporen in het donker

De natuur vaart er wel bij, maar voor mensen met glaucoom en andere oogafwijkingen zijn minder straatlantaarns juist een probleem. Zij zien vooral in het donker slechter dan mensen zonder een oogziekte. Dat concludeert Ronald Bierings. Voor zijn promotieonderzoek schakelde hij de hulp van vrijwilligers in om de hoeveelheid nachtlicht in Nederland te meten. Bijna tweeduizend mensen deden mee aan zijn publieksonderzoek ‘Zicht op licht’.

Zien, zo legt Bierings in zijn proefschrift uit, begint met licht dat via het hoornvlies, de pupil, de lens en het glasvocht op het netvlies terecht komt. Daar zetten lichtgevoelige cellen het licht om in een elektrisch signaal, dat via de oogzenuwen naar de hersenen gaat. Bij glaucoom raakt de oogzenuw steeds verder beschadigd waardoor er delen uit het gezichtsveld verdwijnen. Glaucoom komt bij 2% van de bevolking voor, maar wordt vaak pas laat opgemerkt doordat zowel de ogen als de hersenen veel kunnen compenseren. Door de vergrijzing zal het aantal 65-plussers met oogziekten in de komende decennia verdubbelen. Dat maakt een tijdige opsporing van zulke ziektes des te belangrijker.

Bierings onderzocht wat het effect van licht is op het visueel functioneren van glaucoompatiënten. Hij deed dat onder andere met een vragenlijst die glaucoompatiënten invulden, door het afnemen van visuele functietesten met verschillende lichtfilters en met een publieksonderzoek dat startte tijdens het Weekend van de Wetenschap 2015. Uit de functietesten bleek onder andere dat glaucoompatiënten onder alle lichtomstandigheden minder goed zien, ook in delen van het gezichtsveld die artsen als ‘gezond’ beschouwen.

In het publieksonderzoek ‘Zicht op licht’ gingen een kleine tweeduizend deelnemers na zonsondergang de straat op met hun smartphone om de hoeveelheid licht die vanaf de ondergrond komt te meten. Tegelijkertijd gaven zij aan hoeveel moeite zij hadden met zien om zich voort te bewegen. Zo onderzochten zij hoe donker het ’s nachts is in Nederland en wie er dan moeite heeft met zien. Onder de deelnemers waren via de Oogvereniging ook veel mensen met een oogaandoening. Het onderzoek bevestigde dat mensen met een oogziekte in het donker vaker veel moeite hebben met zien (dat gold voor 40% van hen) dan mensen met gezonde ogen (11%). Met de vraag ‘Heeft u door uw gezichtsvermogen moeite met buiten zien ’s nachts zonder maanlicht’ blijkt het verrassend goed mogelijk om mensen met en zonder glaucoom van elkaar te onderscheiden.

Ronald Bierings (1987) studeerde geneeskunde aan de Universiteit Utrecht en natuurkunde aan de Technische Universiteit Eindhoven. Tijdens zijn promotieonderzoek was hij verbonden aan de afdeling Oogheelkunde en onderzoeksinstituut BCN-BRAIN van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Het onderzoek werd onder andere betaald door Stichting Nederlands Oogheelkundig Onderzoek en de werkgroep Ergoftalmologie van het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap. Bierings werkt nu als arts op de afdeling Neurologie van het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft. Vanaf 2019 volgt hij de opleiding tot neuroloog in het LUMC. De titel van zijn proefschrift is: “Insight into light. The influence of luminance on visual functioning in glaucoma”. Op www.ronaldbierings.com staan podcasts en is meer te lezen over het onderzoek.