Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Divine descent

Promotie:F.J.H. Berghuis
Wanneer:10 september 2020
Aanvang:16:15
Promotors:prof. dr. G.C. (Gerry) Wakker, prof. dr. G.H. van Kooten
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Letteren
Divine descent

Origenes’ verdediging in Contra Celsum

In Contra Celsum (‘Tegen Celsus’), waarschijnlijk geschreven in 248, verdedigt Origenes zijn christelijk geloof tegen ‘beschuldigingen’ van de Platoonse filosoof Celsus. Deze dissertatie bevat een commentaar op Contra Celsum 4.1-22, waar Origenes reageert op Celsus’ kritiek op het Joods-christelijke concept van een ‘goddelijke afdaling’. Volgens Celsus is het schandelijk te beweren dat ‘een god of godenzoon’ zal afdalen of is afgedaald naar de aarde om de situatie hier te verbeteren. Origenes verdedigt het concept als essentieel voor zijn geloof. Hij verwijst hierbij naar Christus’ komst in de wereld, maar meer in het algemeen ook naar Gods bestuur van de wereld en naar de manier waarop God en de Logos afdalen naar het niveau van de menselijke ziel om die te verlichten.

In zijn proefschrift Divine Descent bespreekt F.J.H. Berghuis de Griekse tekst van deze passage vanuit drie perspectieven: vanuit de linguïstiek, de retorica en de filosofische theologie. Het linguïstisch-retorische commentaar gaat in op de communicatie tussen auteur en lezers, de structuur van het betoog en de persuasieve strategieën die Celsus en Origenes gebruiken. Het tweede deel behandelt hun ideeën aangaande God en zijn relatie tot de wereld die in de discussies op de achtergrond meespelen. De theologische concepten van Celsus en Origenes worden besproken in relatie met gedachten van andere filosofen uit de Grieks-Romeinse periode. In het laatste hoofdstuk wordt onderzocht hoe het geheel van deze ideeën kan bijdragen aan de interpretatie van Contra Celsum 4.1-22.